Doorgaan naar hoofdcontent

Expositie en publicatie 'Vrijheid en Vooroordeel'

Vanwege de coronamaatregelen stond de tentoonstelling Vrijheid en vooroordeel: vrijmetselarij en de Tweede Wereldoorlog al geruime tijd klaar, tot ze op 2 december 2021 eindelijk geopend kon worden in in het Vrijmetselarij Museum te Den Haag.

Foto: Grootmeester Gerrit van Eijk neemt het eerste exemplaar van de tentoonstellingspublicatie in ontvangst van auteur Andrea Kroon. Fotograaf: ?

Vrijheidsideaal
De vrijmetselarij is een inwijdingsgenootschap en een van de oudste sociale netwerken ter wereld. Sinds de oprichting van de eerste Nederlandse loge (vereniging) in 1734 te Den Haag wordt persoonlijke, religieuze en politieke vrijheid als ideaal uitgedragen door de leden. Door de eeuwen heen moesten de leden hun tolerante levenshouding vaak verdedigen tegen vooroordelen van overheden, kerkelijke machthebbers en publiek. In de Tweede Wereldoorlog kwam het vrijheidsideaal zwaar onder druk te staan, maar werd hieraan toch vastgehouden.

Erfgoedroof
Hitler zag in de vrijmetselarij een Joodse samenzwering en een potentiële bron van verzet. In september 1940 verbood Rijkscommissaris Seyss-Inquart de vrijmetselarij in Nederland en verklaarde haar bezit verbeurd. Vervolgens vond een systematische roof plaats: bankrekeningen werden geplunderd, logegebouwen in beslag genomen, tempels vernietigd, boedels verkocht en kostbaarheden geroofd. De bibliotheek, archieven en museumcollectie van de Grootloge, als ook het historisch bezit van 67 individuele loges werden in beslag genomen en naar Duitsland afgevoerd. Onder de Japanse bezetting raakten de 25 aangesloten loges in Nederlands-Indië eveneens bezittingen kwijt. Zo verdween het collectieve erfgoed van de Nederlandse vrijmetselarij, waaronder bijzondere stukken uit de 18de en 19de eeuw, plotseling uit zicht.

Verzet en propaganda
Ondertussen steunde Grootmeester Hermannus van Tongeren (1876-1941) het verzet. De activiteiten van Vrij Nederland en de Groep 2000 werden met geld uit vrijmetselaarskring gefinancierd. Overlevenden vertelden later hoe in Duitse en Japanse kampen illegaal logebijeenkomsten werden gehouden om zo de gemoederen te sterken. Om de vrijmetselarij te bestrijden organiseerden de nazi’s een propaganda-tentoonstelling. Hierin werden de loges afgeschilderd als een ‘volksvijandig’ Joods complot en werden hun rituelen belachelijk gemaakt. Gastconservator dr. Andréa Kroon vond unieke Polygoon journaals van deze haatdragende tentoonstelling terug. Met medewerking van Beeld en Geluid zijn ze straks voor het eerst sinds 1941 te zien in het Vrijmetselarij Museum.

Vermist erfgoed
Na de bevrijding werd het gedachtengoed op papier (archieven, bibliotheken) met hulp van de geallieerden grotendeels teruggevonden, maar het materiële erfgoed (regalia, rituele voorwerpen, etc.) bleef vermist. Dat verlies werd door de Orde vermoedelijk aanvaard, omdat tijdens de Wederopbouw alle aandacht uitging naar de rouw om overleden Broeders, zorg voor nabestaanden, herstel van gebouwen en oppakken van het verenigingsleven. Sindsdien zijn er geen serieuze opsporingspogingen ondernomen; vrijmetselarij bleef buiten het blikveld van met restitutie belaste organisaties in de erfgoedsector. Begin 21ste eeuw kwam nog wel vermist archiefmateriaal terug uit Moskou, maar het lot van veel voorwerpen is nog altijd onduidelijk. De expositie gaf de aanzet tot het bredere onderzoek, dat op deze blog nader wordt belicht.

Publicatie
Zowel de expositie als de begeleidende publicatie zijn prachtig vormgegeven door Ilse van Marrewijk. De opening laat nog even op zich wachten, maar de publicatie is al verkrijgbaar.

Reacties